A story about 3 different dances. Popcorn, Slow and Ballroom. PREVIEW for  upcoming exhibition In Ostend September 30th 2017

Dans Dans Dans

Twee mensen in de herfst van hun leven. Ze dansen en houden elkaar innig vast. Concert- en portretfotograaf Alex Vanhee legde dit ontroerende beeld in barmhartig zwart-wit vast. Het is slechts een van de vele intrigerende opnames die hij de voorbije jaren maakte. Na een kwarteeuw muzikaal geweld gefotografeerd te hebben, onderzoekt hij momenteel ook pistes naast het concertpodium. De voorbije twee jaar bracht hij drie dansvormen in beeld, meer bepaald de popcorn, het ballroomdansen en de slow. Hij schuimde hiervoor diverse dansgelegenheden - van discotheken tot ballroomtenten - in België af. Zonder een moreel oordeel te vellen ging hij hierbij telkens op zoek naar de authenticiteit van deze dansen.

 

Het eindresultaat is een uniek tijdsdocument dat niet gespeend blijft van nostalgie, tristesse en trots. De dansers figureren als mensen van vlees en bloed. Vanhee heeft een bijzonder oog voor het capteren van hun sprekende blikken en lichaamshoudingen die niet zelden getuigen van weemoed en ontroering. In combinatie met de karakteristieken van het decor weet de fotograaf een originele sfeer te creëren. De reeks popcorn - een soort trage disco die in België ontstaan is in de late jaren zestig en populair bleef in de jaren zeventig - is een hommage aan popcornoldies en de bijhorende danspassen. Deze mengeling van onder andere soul, latin en chachacha is een typisch Belgisch verschijnsel dat nog steeds een zekere populariteit kent. Het gebruik van flitslicht en de gedurfde kadrages accentueren de schwung en energie van deze dans. De reeks met de ballroomdansers zet vervolgens bewust een totaal andere toon. In de weergave van de stijldansers onderstreept Vanhee de individualiteit waarnaar de hedendaagse dans geëvolueerd is. Dit effect bereikt hij door de dansers apart - als royals - tegen een zwarte achtergrond te portretteren. Niet alleen hun rechte, sierlijke houding - die zo typerend is voor standaarddansen als de wals en de tango - valt hierbij op, maar ook hun fiere blikken die afwisselend recht in de lens of zelfbewust in de verte kijken. De derde reeks ten slotte, meer bepaald opnames van slowende vijftig plussers, herinnert aan kalverliefdes uit de jaren zestig en zeventig. Tedere omhelzingen, starende blikken, en close-ups van handen kan de toeschouwer lezen als uitingen van genot, maar misschien ook net van eenzaamheid en breekbaarheid.

 

Recensie Sofie Crabbé